Pakhuis de Wereld is de nieuwe naam voor twee gebouwen in de historische binnenstad van Deventer waarin nu zes appartementen gerealiseerd zijn. Studio Groen+Schild heeft het ontwerp voor de herbestemming gemaakt in opdracht van NV Bergkwartier.
De panden hebben een rijke geschiedenis van transformaties. In 1858 liet Hendrik Gerhard van Otterbeek Bastiaans, koopman in koloniale waren, twee pakhuizen bouwen. Op de begane grond werden kruidenierswaren opgeslagen, op de verdiepingen koffie, thee, zaden en bonen bewaard. Twee gevelstenen herinneren aan die tijd. Linksboven een aardbol met de Indonesische archipel en rechts een beeld van laden en lossen met twee handen en een vat. Tot 1924 bleven beide pakhuizen in handen van de familie.
In 1949 werd de Sallandse Houthandel de nieuwe eigenaar. Na hun vertrek raakten de panden in verval. In 1987 stortten de geveltoppen in en bleef er een ruïne achter. Rond 1990 besloot de NV Bergkwartier de panden te herbouwen. Lange tijd zijn de gebouwen in gebruik geweest als kantoor voor de gemeente Deventer. Daarna waren ze in gebruik als pop-up voor Museum EICAS.
Nu wordt er gewoond. De pakhuizen bleken heel geschikt om te verbouwen tot appartementen. In het hart van de twee gebouwen bevindt zich een trappenhuis dat toegang biedt tot alle appartementen. De zes woningen, twee per verdieping, hebben ruimte van de voorgevel tot aan de achtergevel waardoor ze aangenaam licht zijn. De bovenste appartementen bieden zelfs uitzicht op de IJssel.
Dit project illustreert op een mooie manier dat hergebruik van bestaande gebouwen kan bijdragen aan de groeiende vraag naar woningen. Robuuste architectuur gaat lang mee en kan meerdere keren worden getransformeerd, in dit geval zelfs voor de vijfde keer.
Fotografie: Mike Bink